Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet gemeentelijke herindeling Noordwest-Overijssel

 

Artikel 20
1
Met ingang van de datum van herindeling gaan de overige in dienst van de op te heffen gemeenten werkzame ambtenaren in dezelfde rang, op dezelfde voet en ook overigens in dezelfde rechtstoestand voorlopig over in dienst van:
a
de nieuwe gemeente Steenwijk, voor zover de ambtenaren van de op te heffen gemeenten Steenwijk en Steenwijkerwold betreft;
b
de nieuwe gemeente IJsselham, voor zover de ambtenaren van de op te heffen gemeenten Blankenham, Kuinre en Oldemarkt betreft;
c
de nieuwe gemeente Brederwiede, voor zover de ambtenaren van de op te heffen gemeenten Blokzijl, Giethoorn, Vollenhove en Wanneperveen betreft.
De eden of beloften, in verband met hun ambt door deze ambtenaren afgelegd, worden geacht mede op die voorlopige dienstvervulling betrekking te hebben. Voor de toepassing van dit artikel worden onder ambtenaren mede begrepen personen in dienst van de op te heffen gemeenten op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht werkzaam.
2
Binnen zes maanden na de datum van herindeling neemt het bevoegde gezag in de nieuwe gemeenten Steenwijk, IJsselham en Brederwiede ten aanzien van de in het vorige lid onder a, b en c bedoelde ambtenaren één van de volgende beslissingen:
a
dat, en in welke rang en op welke voet hij in dienst van de nieuwe gemeente blijft;
b
dat hij eervol wordt ontslagen.
3
Een beslissing als bedoeld onder B van het vorige lid wordt slechts genomen, indien niet beschikbaar is een functie of samenstel van functies welke in verband met de persoonlijkheid en omstandigheden van de betrokkene passend kan worden geacht en welke hem ten minste een bezoldiging oplevert als aan zijn functie of samenstel van functies in de gemeente of gemeenten, in welker dienst hij op de dag, voorafgaande aan de datum van herindeling, werkzaam was, laatstelijk was verbonden, ongeacht kindertoelage onderscheidenlijk kinderbijslag.
4
Voor het bepalen van de bezoldiging van de ambtenaar, die door toepassing van het tweede lid in dienst van de nieuwe gemeente blijft, wordt ten aanzien van hem ten minste de salarispositie in aanmerking genomen, welke in de gemeente of gemeenten, in welker dienst hij op de dag, voorafgaande aan de datum van herindeling, werkzaam was, voor de berekening van zijn bezoldiging zou hebben gegolden.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •